De uitdagers van de advocatuur ruiken hun kans

In het kort

  • Advocatenkantoren mogen niet in het bezit van commerciële partijen zijn.
  • Tot 2026 loopt er een proef: andere partijen mogen onder voorwaarden dezelfde diensten aanbieden.
  • Dit is controversieel; externen zouden zich niet houden aan de kernwaarden.
  • De vrees is dat winstmaximalisatie boven het belang van de cliënt komt te staan.
wiasjb149rsdKm79i_KDPG0AAWw

De Nederlandse Orde van Advocaten werkt mee aan de proef, maar is sceptisch. Foto: Rick Keus Fotografie/ANP

De eerste twee kantoren van niet-advocaten die de markt voor advocatuur op zijn gegaan, hebben de wind in de zeilen. Halverwege het vijf jaar durende experiment dat de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) in 2021 met tegenzin startte, hebben medisch belangenbehartiger VvAA en voormalig rechtsbijstanduitvoerder BrandMR geen gebrek aan ambitie. En ze zouden niet de enigen zijn. 'Ik weet dat er meer partijen zijn die dit meer dan geïnteresseerd volgen', zegt Sigrid Stevens, directeur bij VvAA Legal.

De markt voor de advocatuur was tot 2021 afgesloten voor buitenstaanders. De Verordening op de advocatuur ─ gebaseerd op de Advocatenwet en opgesteld door NOvA ─ schrijft voor dat advocaten alleen in loondienst mogen zijn bij een kantoor dat bestuurd wordt door en in eigendom is van advocaten. Zo zou worden voorkomen dat commerciële bedrijven of investeringsmaatschappijen de advocatuur in stappen. Het gevaar hiervan zou zijn dat zij niet het belang van de cliënt vooropstellen, wat een belangrijke kernwaarde is, maar dat ze het primair om de centen zouden doen.

Er was altijd één uitzondering op de regel om buitenstanders te weren. Advocaten mogen namelijk wel in dienst zijn van een rechtsbijstandverzekeraar of schaderegelingskantoor, mits zij uitsluitend werken voor de aldaar verzekerden.

Bezwaar

Het bedrijf BrandMR, de rechtsopvolger van schaderegelingskantoor SRK, maakte in 2019 en 2020 herhaaldelijk bezwaar tegen de beperkingen. Het diende onder andere een handhavingsverzoek in bij de Autoriteit Consument en Markt. Volgens BrandMR zijn de advocatenregels in strijd met de Mededingingswet.

De ACM en Tweede Kamerleden oefenden vervolgens druk uit op de Nederlandse Orde van Advocaten om meer marktwerking toe te laten. Dat leidde, ondanks een succesvolle tuchtzaak van de toezichthoudende Haagse Deken tegen BrandMR, vanaf 2021 tot het huidige experiment. Vijf jaar lang mogen advocaten onder voorwaarden werkzaamheden uitvoeren voor een werkgever die niet in handen is van ambtgenoten. De Orde zette daarmee de deur voor commerciële partijen op een kier.

De belangrijkste voorwaarde is dat de meerderheid van de bestuurders uit advocaten bestaat. Om de juridische dienstverlening te kunnen uitvoeren, heeft bestuurder Peter Leermakers van BrandMR dan ook onlangs zijn opleiding tot advocaat afgerond en is ook Sigrid Stevens, directeur bij VvAA Legal, aan de slag gegaan. 'Ik heb inmiddels het eerste jaar van mijn beroepsopleiding erop zitten', zegt Stevens, die ooit rechten studeerde.

Toegankelijkheid

De VvAA begon honderd jaar geleden als autoverzekeraar voor artsen, maar groeide uit tot een veel bredere financiële en juridische belangenorganisatie. Deze heeft een medische achterban van 130.000 leden en richt zich vooral op gezondheidsrecht, maar ook op bijvoorbeeld arbeidsrecht en medisch tuchtrecht.

BrandMR mikt op een potentieel veel grotere markt: de middeninkomens. Mensen die tot deze groep behoren, verdienen volgens directieleden Peter Leermakers en Peter Hoitinga vaak te veel voor sociale rechtsbijstand, maar kunnen of willen geen advocaat in de arm nemen vanwege de kosten. 'Het is onze een wens burgers soepeler toegang bieden tot de rechter, en de kosten van rechtspraak te verlagen', aldus Leermakers en Hoitinga.

De politiek staat volgens hen daarom ook positief tegenover hun initiatief. Dat maken ze onder meer op uit een werkbezoek van demissionair minister Weerwind van Rechtsbescherming eerder dit jaar aan hun kantoor in Den Haag.

Commercieel

Hoitinga en Leermakers uitten zich al herhaaldelijk kritisch over de 'toetredingsdrempels' die de NOvA in hun ogen opwerpt. Ze stellen dat zorgen over de commerciële motieven van buitenstaanders niet de echte reden zijn voor advocaten om de deur voor buitenstaanders gesloten te houden. Hoitinga: 'Advocaten zijn ook deel van een commerciële beroepsvereniging.' Leermakers: 'Die toetredingsdrempels houden de uurtarieven van een advocaat onnodig hoog voor consumenten.'

Desalniettemin zag de Brandmeester Groep, waar BrandMR onderdeel van is, de omzet de afgelopen jaren groeien. Naar eigen zeggen ging die van €3 mln in 2019 naar €21 mln in 2022, al kwam dit deels door twee overnames. Inmiddels telt het bedrijf 170 werknemers en dertig advocaten, waarmee het de omvang van een middelgroot kantoor heeft. Bij de start stond de teller nog op tien advocaten. Volgens Hoitinga was het bedrijf in 2022 voor het eerst winstgevend.

De VvAA heeft inmiddels tien advocaten in dienst, twee meer dan bij de start van het experiment. Stevens: 'We hebben de wens om te groeien, en kunnen nu makkelijker instellingen als ziekenhuizen bijstaan.' Stevens en haar VvAA verwachten veel werk op het vlak van e-health en digitalisering. Omzetcijfers maakt VvAA legal niet bekend.

Geïnteresseerden

VvAA en BrandMR, dat deels in handen is van verzekeraar De Goudse, zouden niet de enigen zijn die zich op deze markt willen begeven. 'Ik weet dat er meer partijen zijn die dit meer dan geïnteresseerd volgen', zegt Stevens.

Het gaat hierbij niet alleen om andere rechtsbijstandverzekeraars. Ook consultants als Deloitte toonden in het verleden al interesse. Toch stelde Ferd Grapperhaus als nieuwe topman van Deloitte Legal in Nederland onlangs in gesprek met het FD dat deze markt geen prioriteit heeft. 'Er zit zeker marketingwaarde aan een wapperende toga, maar ik ga er geen tijd aan besteden om met Deloitte de advocatuur binnen te komen.'

De grootste veranderingen zullen wellicht niet komen door nieuwe partijen die de concurrentie aangaan met advocatenkantoren, vermoedt Stevens. Het zullen volgens haar eerder veranderingen zijn in de structuur van bestaande kantoren. 'Dit experiment komt voort uit de zoektocht naar nieuwe organisatievormen ─ andere dan het partnermodel. Een uitvloeisel zou heel goed kunnen zijn dat bestaande advocatenkantoren makkelijker extern kapitaal kunnen gaan aantrekken. Bijvoorbeeld private equity, ja.'

Advocatenorde: 'Te vroeg voor conclusies'

Het experiment, waaraan VvAA en BrandMR deelnemen, is nu ongeveer halverwege de looptijd van vijf jaar. Parallel aan het experiment wordt breder internationaal vergelijkend onderzoek gedaan naar praktijkstructuren. Die studie is nog niet afgerond en daarom is het te vroeg om conclusies te trekken, zo laat een woordvoerder van de Nederlandse Orde van Advocaten weten. Het onderzoek wordt gedaan door de Erasmus Universiteit, in opdracht van de NOvA en het ministerie van Justitie en Veiligheid. Het moet de sector helpen met de problemen die spelen. Het partnermodel staat onder druk en het animo van advocaten om aandeelhouder te worden in hun eigen kantoor is tanende, terwijl kantoren nog altijd alleen verkocht kunnen worden aan andere advocaten. De ACM laat weten de advocatuur een tijdlang gemonitord te hebben, maar momenteel geen aanleiding te zien om actie te ondernemen.